4.5 – Je hand en teugel

Je hand en teugel

Onder het zadel

Voorwaarts: beide handen naar voren
Achterwaarts: met beide handen voorwaartse energie terugsturen
Halthouden of afremmen: met beide handen voorwaartse energie in het lichaam houden
Zijwaarts: een teugel tegen de hals
Buiging: een teugel van of tegen de hals
Opwaarts: een teugel liften
Verzamelen: beide handen iets liften
Sturen: een teugel van de hals


Opdrachten

  1. Doorloop voor de jezelf de verschillende hulpen:

    Voorwaarts:
    Achterwaarts:
    Zijwaarts:
    Opwaarts:
    Halthouden:
    Buiging:
    Verzameling:
    Sturen:

  2. Pas dit vervolgens toe op je paard, hoe reageert je paard erop?